Azoren

AZOREN, HET BLOEMENEILAND  2012

 

 

 

 

VOORBEREIDING

 

 

Reisperiode:  30/04  – 07/05/2012

 

 

Inreisdocumenten :  Belgische ID kaart

 

 

Geld:  cash € meegedaan + bankkaarten en visa.  

 

 

Kaarten :

kaart van toeristische dienst meegenomen.

  

 

Reisgidsen

Reisgids van www.bradtguides.com

 

 

Websites

 

 

 

 

REISPLAN

 

  

 

ER GERAKEN

Vliegen

We vlogen met Brussels Airlines.  Het was een speciaal aanbod omdat ze de lijn pas hadden geopend.

 

 

 

 REISVERSLAG

 

 

Dag 1  – maandag 30 april 2012

Traject : Vlucht Brussel – Funchal. 

 

Er zijn nu op 5 van de 9 eilanden jeugdherbergen, n.l. op São Miguel, Santa Maria, São Jorge, Terceira en  Pico.

We logeren in de jeugdherberg van Funchal.  Aan de receptie zijn ze vriendelijk.  Soms wat lawaai waar niets aan gedaan wordt.  Op de tweede verdieping achteraan is het rustiger. 

Oud klooster met binnentuin.  Twintig minuten wandelen naar het centrum.   

 

 

Dag 2– zondag 1 mei 2012

Traject : Zuidkust naar São Roque, Santa Cruz, Agua de Pau, Furnas, Porto Formosa, Ribeira Grande, autostrade naar Ponta Delgada : 120 km

 

Na het ontbijt kwam men de kleine huurauto afgeven in de Jeugdherberg, 30 € per dag + 19 € voor CDW verzekering, totaal 294 € voor zes dagen.  Niet zo goedkoop maar wel handig om overal te geraken want openbaar vervoer stelt hier niet veel voor.  We konden overal stoppen waar nodig, vooral aan de vele miradouros, uitkijkpunten of panorama’s.  Ik moet eerst tanken want heb hem bijna leeg gekregen.   

Ik rijd aanvankelijk wat onwennig met zo’n klein wagentje richting São Roque waar op een hoger zeerots een typisch Portugees kerkje staat te pronken.  Er naast staat een tegelfabriekje waar ik graag de blauwe handgeschilderde tegels had bekeken maar het is zondag en gesloten.  Men kan er een tegeltafereel van vb. 3 X 4 meter bestellen en het laten opsturen naar huis.

In Santa Cruz staat ergens verloren op een wegsplitsing een oude fontein of dorpspomp.  Langs de kustweg naar Agua de Pau bewonderen wij langs de ene kant de heuvels in het binnenland met akkers en weiden omzoomd met lage muurtjes met bont vee en langs de andere kant tussen fleurige bloemen de zee die alom tegenwoordig is.

Agua de Pau is een mooi stadje met goed verzorgd park met veel bomen en bloemen.  Wij verkennen het centrum met zijn smalle straatjes en stille pleintjes.  Om de kerk te bereiken moeten wij enkele trappen betreden.  In het dorp staan enkele mooie huizen, allicht van gastarbeiders in Europa.  Wij krijgen wat honger en ontdekken in een klein straatje een restaurantje met typische keuken.  Dat willen wij proberen.  De eigenares, Jorgina Silva, kookt en bedient.  Wij eten de o zo typische zoute bacalhau met een halve fles wijn van Alentejo erbij, kost 28 € voor twee en het was lekker.    Het restaurant noemt Perola do Oceano en bevindt zich in de Rua do Paul 26 in Vila de Agua de Pau.  Aanrader is het menu : bacalhau de natas, bacalhau na chopa, bacalhau a gomes de sa, bacalhau com todos en bacalhau cozido.

Iets verderop bezoeken wij het prachtig vissershaventje van Caloura.  Er liggen enkele kleurrijke vissersboten in het piepkleine haventje waar slechts enkele huizen staan en een typische bar waar wat vissersvolk zit.  Het haventje is omgeven door hoge rotsen.

Wij rijden stijgend richting Vila Franca en stoppen aan een miradouro waar we beneden het kleine vissershaventje zien liggen. Opmerkelijk veel families picknicken op zondag bij deze miradouros, er staan veel barbecues gebruiksklaar en het Sagres bier, wijn en aguardente worden gretig genuttigd.  Kinderen spelen op het gras.  De Azorianen zijn vriendelijke lui en begroeten ons.  Overal op de mooiste plaatsen zijn prachtige  bloemrijke parken en panoramatorens gebouwd waar de mensen graag vertoeven op zondag.  Barbecue is hier zeer populair.  

We bezoeken kort Vila Franca do Campo met zijn mooi marktpleintje en typische wit beschilderde huizen in zwarte lavasteen.

We rijden door naar Furnas waar we halt houden bij de warmwaterbronnen.  Geisers spuiten blubber uit de grond en het rookt alom.  Het blijft maar pruttelen en roken op deze plaats.  De Azoren zijn een vulkanische eilandengroep  zoals de andere die liggen op het Midden-Atlantisch rif van Tristan da Cunha tot IJsland.  In de grond zijn putten gegraven waarin men maaltijden laat gaar stomen; het moet erg lekker zijn.  De fumaroles zijn gratis te bezoeken en liggen vlak naast het kratermeer.  Er staat een eenzaam kerkje aan de boorden van het meer zeer fotogeniek op een plaatje te wachten.  Onderweg naar het dorp stoppen wij hoog aan een uitzichtpunt om beneden Furnas te zien liggen tussen het groen.  We verkennen even het kerkje en het park in het centrum van Furnas, kopen wat fruit in een winkeltje en drinken iets in een restaurant-bar Tony waar een cola slechts 0,80 € kost en een biertje 1,00 €.  

Furnas ligt in de krater en we klimmen nu langzaam omhoog uit de krater naar de Pico do Ferro, 570 meter hoger waar wij bij de miradouro (uitkijkpunt) een zeer mooi uitzicht hebben op Furnas en het meer met rododendrons op de voorgrond.  

Wij rijden nu richting noordkust door een groen en desolaat landschap naar Ribeira Grande en stoppen bij de miradouro van Iria.  Dit is één van de mooiste panorama’s van de Azoren en men kan hier twee kleine baaien zien en vooral het korenveld beneden met de eenzame boom op deze parking zijn schitterend.  Hier staan de Azorianen ook in stille bewondering te genieten van al dat moois in de natuur.  Om er een idee van te hebben, kijk naar : www.guiadacidade.pt/pt/poi-miradouro-de-santa-iria-18543  

Via een bochtige uitstekende en prachtige kustweg rij ik richting Ribeira Grande waar ik bijna totaal leeg aangekomen toch kan tanken.  Er zijn niet veel tankstations op het eiland.  Het is al vrij laat en via de autoluwe autostrade rij ik naar Ponta Delgada.

Alle restaurants zijn blijkbaar gesloten en bij O Petisco kan ik een koude soep met ei eten, niet bepaald lekker.  Wij verhuizen naar het gezellige O Cantinho dos Anjos, Rua Hintze Ribeira 83 waar er gratis wifi is, meer klanten en leuke muziek.  

 

 

Dag 3 – woensdag  2 mei 2012

Traject: Furnas, Povoaçao, Nordeste, Lomba da Maia, Ribeira Grande, Ponta Delgada: 177 km  

 

Na het ontbijt om tien uur vertrokken, eigenlijk te laat voor een lange tocht.  We rijden over de snelweg naar Furnas om tijd te winnen.  

Even voor Furnas wijken wij af van onze weg en klimmen naar de miradouro Salto da Cavalo met mooi panorama over het binnenland en de vallei tussen Furnas en Povoaçao.

In Furnas wandelen we  in het bekende Terra Nostra Park, www.bensaude.pt en bewonderen de eeuwenoude tropische bomen en plantengroei.  Het is hier romantisch en aangenaam wandelen.  De inkom van 5 € geeft ook recht om te zwemmen in de thermale baden. Furnas is een mooi dorp om te verkennen.  Bij Poça da Dona Beija val ik in een gat naast de weg terwijl ik een foto neem van de spuitende en blubberende warmwaterbronnen.  Zonder veel erg trouwens.

Wij rijden verder richting Povoaçao waar we halt houden bij de miradoura van Pico dos Bodes met prachtig zicht op het dorp.  De volgende miradouro Pico Longo is mogelijks nog mooier.  Wij slaan het dorp Povoaçao over en vervolgen onze weg langs de schitterende oostkust.  In de omgeving van Nossa Senhora dos Remedios bevinden zich verscheidene miradouros, de ene al mooier dan de andere maar alle zijn ze kraaknet, mooie beplanting en veel rustbanken en barbecues.  In het nationaal park Tronqeira zijn enkele mooie wandelpaden uitgestippeld : zie www.trails-azores.com    In de buurt ligt de hoogste top van de Azoren en gans Portugal, de Pico de Vara, 1.105 meter hoog.  De piek ligt in een beschermde groene zone.  Vanaf de uitstekend verzorgde miradouro Cumeeiras vertrekt een wandelpad en er staan verscheidene eettafels met ernaast barbecues, enkel houtskool en vlees meebrengen.  Het is mooi beplant en de hortensia’s en azalea’s staan volop in bloei, prachtig.  

Bij Ponta da Madrugada bevindt zich een heel mooie miradouro met een goed verzorgd park vol bloemen en planten.  Het is heerlijk hier te vertoeven en diep beneden het woelen van de zee te aanschouwen.  Het is een favoriet plekje voor mij, hier moet men stoppen en genieten. Iets verderop bewonderen wij de al even mooie Miradouro Ponte do Sossego met zijn steile rotswanden die de oceaan in duiken.  Wij blijven maar foto’s nemen van al dat moois.  

In het kleine dorpje Lombas da Fazenda bevindt zich een vuurtoren.  Plots komt een melkboer met melkkannen op zijn muilezel aangedraven; zijn kleinzoon voorop zittend.  Het is een klein rustig dorpje met pittoresk dorpskerkje en lage huisjes met Portugese pannendaken.  Hier staat de tijd stil.  

Wij vervolgen onze weg langs de kust en laten de snelweg links liggen.  Ergens bemerken wij een hoge autostradebrug over een dal.  Wij stoppen regelmatig om van op de panorama’s het kustlandschap en omgeving te genieten, zoals Baleia bij  Santana en Lomba de São Pedro.  

In Lomba da Maia stoppen wij bij het restaurant O Cordeirinho waar wij van een lekkere gegrilde vis genieten met een halve liter wijn: 22 € samen.  Aanrader.  Het is inmiddels al laat geworden en ik rij in één ruk op de snelweg naar Ponta Delgada.

 

 

Dag 4 – donderdag  3 mei 2012

Traject  Relva, Lago Carvão, Sete Cidades, Vista do Rei, Ponta do Escalvado, Mosteiros, Remedios, Capelas, Ponta Delgada: 104 km

 

Wij verlaten Ponta Delgada richting luchthaven die dicht bij het centrum ligt.  Daarna neemt de natuur het over.  Bij Relva staat een miradouro maar die kan ons niet bekoren na al dat moois van gisteren.  Iets verderop nemen we de weg die naar Monte Carvão leidt in het binnenland.  Overal groen, weiden en koeien en veel bloemen langs de weg en niet veel verkeer.  Voor ons niks dan groen en een  prachtig berglandschap en achter ons de zee in de verte.  Wij zien plots een oude aquaduct en achter de bomen een klein pompstation en een klein waterspaarbekken.  Achter het station rijden wij langs een smal wegje omzoomd met een bomenrij en roze azalea’s naar het Lagoa de Rasa, een klein bergmeertje.  In deze omgeving liggen verscheidene bergmeertjes, zeg maar kratermeren de ene al mooier dan de andere.  Lagoa Rasa is nog een echt bergmeertje met zicht op de Pico Carvão.  Iets verderop rijden wij omheen de twee meren Empanadas met mooie bloemenstruiken eromheen; geen toerisme, puur natuur hier.  Van op de miradouro Pico de Carvão ligt de zee 873 meter diep onder. Vervolgens stoppen wij bij de miradouro Canario en na een korte wandeling worden we nog maar eens vergast op een weids panorama: het Lagoa Verde en Lagoa Azul, het groene en blauwe meer in de verte met blik op het gebergte en de groene omgeving.  Kijk zelf maar : http://www.youtube.com/watch?v=R5BvSyRqfXg  Het is hier adembenemend mooi en we blijven hier lang vol bewondering het prachtig landschap bewonderen.  

Het bergmeertje Canario ligt er idyllisch bij.  Van hieruit vertrekt een mooi gemarkeerde wandeling, de PR 4 SMI naar Sete Cidades.

Nu rijden wij vol spanning naar het hoogtepunt van de Azoren : Visto do Rei, het Koningszicht en het staat steevast op alle folders.  En het is echt heel mooi mits er geen mist is; we hebben geluk, het is helder weer.  Voor ons de twee kratermeren in de diepte met het dorp Sete Cidades in het kraterdal gelegen en geflankeerd door de kraterwand en bossen eromheen.  

Nu dalen wij af naar het kraterdal naar het lieflijk dorpje Sete Cidades.  Eenmaal over de brug die de twee meren verbindt belanden wij in het centrum van dit prachtig dorpje.  We stoppen bij het enige café met terras bij de kerk.  De tuin bij de kerk is mooi aangelegd met veel bloemen en zitbankjes en een laan met twee hoge bomenrijen geflankeerd lijdt ons naar de ingang van het kerkje. Het interieur is sober maar toch mooi versierd.  Buiten staan enkele fotogenieke oude typische lage huisjes.  Op het toeristenkantoor zijn ze erg vriendelijk  en geven mij graag uitleg over wandelen op de Azoren.  Op het enige terrasje eten en drinken wij wat.

Nu trekken wij richting Varzea en verder langs de kust naar Mosteiros.  Bij de uitkijktoren van Escalvado stoppen we even bij een oude uitkijktoren waar ze voorheen walvissen spottten.  Een bus met Amerikaanse toeristen al dan niet van Azoriaanse oorsprong houdt ons gezelschap.   Iets voor wij Mosteiros binnenrijden bewonderen wij enkele rotsen die in zee liggen, Ilheu dos Mosteiros, mooi in de late namiddag.  Wij verkennen vlug het dorp met zijn witte huisjes en het kleine vissershaventje.  Ik vraag aan de vissers waar wij verse vis kunnen eten en ze verwijzen ons naar Restaurante Chico bij Francisco Medeiros, een klein restaurantje, eenvoudig maar lekker en goedkoop.  Daarna rijden wij door Pilar de Bretanha waar nog een oude dorpspomp en een typische oude graanschuur staat.  Dan gaat het verder en wij nemen de afslag naar de miradouro Grota da Cova waar wij de andere zijde van de twee meren kunnen bewonderen, maar ditmaal kijken wij richting Visto do Rei.  De kraterwand weerspiegelt in het meer.  

Wij rijden vervolgens door enkele mooie kustdorpjes waar ik in Remedios een liter wijn kan kopen in een bar voor 1,80 € dank zij een Portugees want de waard doet het niet graag.  Op het dorpspleintje zitten enkele vrouwen op een bank te keuvelen.  Het is al vrij laat en ik rij naar Capelas en vervolgens over de binnenlandse weg naar Ponta Delgada waar ik in het donker aankom.  

               

 

Dag 5 – vrijdag 4 mei 2012

Traject:  Wandeling van Vista do Rei  naar Sete Cidades en daarna in centrum Ponta Delgada. : 44 km

 

Vandaag ga ik alleen wandelen en vertrek ’s morgens richting luchthaven, Relva maar neem ditmaal de kortere weg en sla in Ponta da Fonte Grande af naar Visto do Rei langs kilometerslange rijen hortensia’s langs weerszijde van de weg.  Om de volle bloei te kunnen bewonderen ben ik 2-3 weken te vroeg op de Azoren.  Na goed 20 km ben ik reeds op de parking van Vista do Rei.  Vanaf het infobord volg ik de wandeling PR 3 SMI van Vista do Rei naar Sete Cidades.  Ik loop aanvankelijk langs op de rand van de krater op een landweg met links van mij de lagere weidelanden en in de verte voortdurend de zee en de vogeleilanden bij Mosteiros en rechts van mij bij iedere stap een ander zicht op de twee kratermeren en het dorpje in de krater en de kraterwanden en bossen in de verte.  Hier en daar staan enkele sparren en vooral veel bloemen, vnl. hortensia’s. en azalea’s.   Het is een rustige wandeling en ik kruis zelden een ander wandelaar maar het is puur genieten van al dat moois. Aan het eind van deze veldweg staat een permanente melkstal in een weide waar een pick-up bij staat waarop een groot vat staat om de melk te vervoeren.  De zwart-wit bonte koeien die hier alom tegenwoordig zijn worden met een lift aan de melkmachine gekoppeld en na het melken gaat de melkstal weer op slot.  Op de Azoren hebben ze lekkere kazen en veel zuivelproducten gaan naar het vasteland, Portugal.  Aan het eind van de wandeling krijg ik nog een steile en glibberige afdaling te verwerken alvorens in het centrum van Sete Cidades aan te komen. Er vertrekt niet zo meteen openbaar vervoer naar de parking 8 km bergop en bovendien begint het te regenen.  Een taxi brengt mij voor 9 € terug naar mijn wagen.  Tip voor de wandeling: de tocht ging aanvankelijk lichtjes bergop langs een aarden landbouwpad, dan een eind vlak en vervolgens op veldwegen langs weideland en op het eind steil bergaf, glibberig na regenval, dus stok meedoen en regenjas.  Er is niets onderweg, dus eten en drinken meedoen.  Enkel in het dorpje is er één gelegenheid bij de kerk om te eten/drinken.  Ik rij terug naar de stad door een druilerige miezerige regen door een dikke mist.  Het blijft de ganse namiddag regenen.  Ik bezoek nadien het stadscentrum, bezoek een kerk en ga rustig iets drinken in een gezellige kroeg.  Nadien heb ik met mijn reismaatje het groot winkelcenter Continente naast het postkantoor bezocht omdat het vlak bij de Jeugdherberg ligt.        

Goed gegeten in retaurante Avião, Rua Commandente Jaime de Sousa.  Wij kregen mits voorlegging van een door de jeugdherberg afgestempeld visitekaartje 10% korting.  Het is een drukbezocht restaurant in het centrum en erg lekker : probeer zeker hun lekkere viskaart.  Een fles heerlijk Alentejo-wijn kost slechts 5 € zodat de rekening na het eten er nog steeds budgetvriendelijk uitziet.  Dit is naar mijn mening het beste restaurant in Ponte Delgada en een AANRADER.  

 

  

 Dag 6 – zaterdag 5 mei 2012

Traject:  Ribeira Cha, Vila Franca do Campo, Lagoa do Fogo, Caldeira Velha, Ribeira Grande, Vila Franca do Compo (processie), Ponta Delgada: 88 km.

 

Ik heb vannacht slecht geslapen door een groep folkloredansers uit Terceira die nogal veel lawaai hebben gemaakt tot diep in de nacht.  Zij nodigen ons uit om deze avond naar hun optreden te komen kijken maar daar heb ik dan ook geen zin meer in.  

Ik rij in oostelijke richting langs de snelweg en ga er in Ribeira Cha af.  We volgen de kustweg met zijn typische kleine dorpjes.  In Vila Franca aangekomen stellen we vast dat we hier al alles hebben gezien en we rijden terug naar Lagoa waar we het binnenland intrekken langs een steile weg naar Lagoa Fogo, het Vuurmeer.  Op het hoogste punt bij de miradouro zitten wij in de mist maar als die even wegtrekt kunnen we mooie foto’s nemen.  Het meer ligt ver beneden ons in de mist gehuld.  Een paar wandelaars komen hijgend aan op de top, terug van een wandeling in het Reserva Natural da Lagoa do Fogo.  Iets verderop stoppen we bij de miradoura Bela Vista die inderdaad een mooi zicht biedt op de noordkust.  

We zakken af naar de noordkust en kort erna ligt de Caldeira Velha.  Vanaf de parking moeten wij een korte wandeling maken naar de warmwaterpoel, een geiser onder een kleine waterval waar het goed toeven is in het warme water onder de varensbomen en ander weelderig groen.   Het pad erheen volgt een beekje en is op zich heel mooi; de hoge varensbomen doen mij denken aan Nieuw-Zeeland.  De omgeving doet een beetje tropisch aan.     

Dan rijden wij verder naar het wit stadje Ribeira Grande met zijn typische huizen.  We verkennen het centrum, de mooie kerk, de netjes verzorgde bloemenrijke parken met een riviertje en waterval, een stadspoort en de kasseistraatjes.  In Cervejaria Cascate op het pleintje is er muziek en gezellig zitten we te genieten van een bordje gegrilde sardines en een biertje: goed en goedkoop.  Daarna rijden wij terug naar Ponta Delgada nadat wij getankt hebben.  

’s Avonds nog eens lekkere vis gegeten in restaurant Avião, onze favoriete stek.  Voor 25 € met twee inclusief een fles goede wijn van 5 € is toch niet duur.  Het regent nu hard en we gaan slapen.      

 

 

Dag 7 – zondag  6 mei 2012

Traject :  Capelas, Fenais da Luz, Ponta Calhetas, Miradouro Gramas, Miradouro Iria, Gorreana théplantage, Vila Franca do Campo, Ponta Delgada : 114 km

 

Na ons ontbijt bezoeken wij eerst de Jardim Antonio Borges die in feite vlak naast de jeugdherberg ligt.  Tuinen in zuiderse landen zijn steeds de moeite waard om te bezoeken en ze zijn altijd goed verzorgd.  Er staat een opmerkelijke oude dikke boom en vooral veel bloemen. Daarna begeven wij ons naar Capelas die we enkele dagen geleden bij gebrek aan tijd waren voorbij gereden.  In de omgeving staat ergens een typische windmolen.  Windmolens werden destijds gebouwd door Vlamingen want de eilanden werden ooit gekoloniseerd door Vlamingen, vandaar de Vlaamse Eilanden.  Het eiland loopt vol met zwart-witte bonte koeien en in de winkel kan men quejo Flamenco kopen, Vlaamse kaas.  Wij gaan enkele miradouro’s in de omgeving beklimmen.  Bij de kust ligt een merkwaardige rotsformatie, nl. de Olifantskop en inderdaad op een bepaald punt is dat goed waar te nemen.  Op enkele rotsrichels zijn enkele vissers van een lokaal visclubje aan het vissen. De Azoren is een visrijk gebied.  

Fenais da Luz is een slaperig dorpje, enkel uit de bars weergalmt wat lawaai.  Bij het kerkje staat een kiosk.

Wij rijden Ribeira Grande voorbij en maken een omweg naar de miradouro van Gramas waar wij picknicken bij een prachtig zicht over de oceaan.  

Verderop stoppen wij nogmaals bij de miradouro Santa Iria die misschien wel de mooiste van het eiland is: subliem uitzicht op de baai van Santa Iria.  

Vervolgens begeven wij ons richting Maia waar wij de enige theeplantage in Europa bezoeken, die van Gorreana: www.gorreana.com 

Wij kunnen er gratis verscheidene theesoorten proeven en het bedrijf bezoeken.  Er is een winkel bij waar men natuurlijk hun thee kan kopen.  Buiten is het aangenaam wandelen in de theeplantage die in terrassen is gebouwd en er tussenin liggen veldwegen voor de werkers. Er is van hieruit ook een wandeling uitgestippeld.  

Wij stoppen nog even bij het Congro Meer maar de wandeling naar de krater beneden duurt nogal lang en is modderig na een regenvlaag en wij rijden verder naar Vila Franca do Campo waar wij een processie gaan bekijken.  Wij zijn goed op tijd en men is nog aan de voorbereiding bezig: aanleggen van bloementapijten op de straten.  Iedereen loopt in zijn zondags pak en meisjes dragen een wit communiekleedje.  In de processie lopen verscheidene fanfares en er worden allerlei heiligen van verscheidene gilden uitgedragen.  

’s Avonds zijn wij gaan eten bij Adega Regional in de Rua do Melo 70 omdat ons favoriet restaurant sluitingsdag had.  Alhoewel ze veel publiciteit maken voor hun typisch Azoriaanse keuken vond ik het minder goed.  Zij hadden plots niet meer de vis die we besteld hadden, geen bordje met brood en kaas vooraf, koude frietjes en aardappelen en geen 10% korting op vertoon van hun visitekaartje afgestempeld in de jeugdherberg.  Dit is duidelijk een AFRADER.   

      

 

Dag 8 – maandag 7 mei 2012

Traject :    Zuidkust: Feteiras, Ginetes, Ponta da Ferraria, Sete Cidades, Ponta Delgada : 76 km

 

Ik heb nog een halve dag beschikbaar terwijl mijn reismaatje verkiest boodschappen te doen.  Ik rij langs de mij intussen bekende weg voorbij de luchthaven maar ditmaal blijf ik langs de zuidwest kust geflankeerd door hagen van hortensia’s.  Bij Feteiras stop ik aan een uitkijkpost om het dorp te overzien van ver en bezoek het ook van dichtbij.  In Ginetes staat een oude windmolen zonder wieken die is gerestaureerd maar hij staat op een privéterrein samen met een typisch huisje bij de zee.  Bij Ponte de Ferraria staat een groot wit gebouw met een vuurtoren. Ponte da Ferraria is een bijzonder mooie miradouro met diep onder mij de beukende zee op de lavarotsen.  Hier geniet ik van een laatste prachtig uitzicht van dit wonderlijk eiland.  Beneden ligt een soort natuurlijk ommuurde poel met warm geologisch zeewater waar men een aangenaam bad kan nemen en kan zwemmen in warm zeewater.  Hun site is

www.termasferraria.com  Dan rij ik door naar  Sete Cidades waar het mistig is bij de brug tussen de twee meren.  Vista do Rei zit ook in de mist gehuld zodat ik doorrij naar Ponta Delgada.  Wij nemen nog een laatste middagmaal in Avião met een fles lekkere huiswijn.  Daarna is het tijd om in te pakken.  Ik mocht gelukkig de wagen afleveren op de luchthaven.  Doordat wij wat tijd verliezen checken wij als laatste  in.  De vlucht zou 3.30 uren duren, rechtstreeks naar Zaventem, een uur vroeger dan voorzien.  Het is bijna middernacht als wij de luchthaven buitenkomen en even later staan wij in het Centraal Station.  Ik had vooraf gereserveerd in Jeugdherberg Breughel maar vind niet goed hun adres en niemand kan het mij aanwijzen en zij hadden ook niet gezegd dat het naast de Kapellekerk lag.  Als wij daar dan eindelijk aankomen beweren ze dat ik niet gereserveerd heb.  Ik toon hen de uitgeprinte versie maar alles zit vol.  Ze proberen iets anders voor ons te boeken, een eind verderop.  Jeugdherbergen in België zijn onbetrouwbaar omdat er om de haverklap iemand anders aan het loket zit.  

    

 

Dag 9 – dinsdag 8 mei 2012

Aangezien wij ons hotelletje aan het Vossenplein ligt gaan wij de rommelmarkt verkennen vooraleer te vertrekken.

Traject : Trein Brussel – Aalter

 

 

Besluit

 

De Azoren, een mooie bestemming voor een weekje indien men op het hoofdeiland São Miguel blijft.  Sata is de enige vliegmaatschappij die tussen de eilanden vliegt en heeft dus het monopoly en zijn daardoor vrij duur.  Een korte vlucht naar een ander eiland kost meer dan deze van Brussel naar daar.  Er zijn nagenoeg geen stranden maar des te meer natuur.  Het regent er regelmatig en daardoor is het een groen eiland.  Probeer er te gaan eind mei als overal de hortensia’s bloeien dan is het op zijn best.  En dan zijn er bijna overal processies en dorpsfeesten.  Een huurwagen is een must en daarmee kan men de vele uitkijkposten, miradouro’s bezoeken.  Vis is lekker en het restaurant Avião in het centrum is een ware aanrader.  Boa viagem !

     

 Erik Trenson

 eriktrenson50@gmail.com   

   

   

     

   

  

          

 

 

 

 

   

      

 

Back-continent
album
back1
Je ben niet gemachtigd om van deze site content te kopieren.