Guatemala
Guatemala, land van de quetzal
VOORBEREIDING
Reisperiode
15 – 29 oktober 2010
Kaarten
Central America, Nelles 1: 1.750.000 en 1:900.000 (Costa Rica). Hierop kon ik goed mijn reisroute uitstippelen. De afstanden en bezienswaardigheden staan er duidelijk op vermeld.
Reisgidsen
Lonely Planet : Guatemala, Belize & Yucatan. Drie bestemmingen in een boek want boeken wegen zwaar.
Websites
Er Geraken
Vliegen
Omdat ik met een Nederlandse reisgezel optrek laat ik mij overhalen om vanuit Schiphol met KLM naar Cancun te vliegen. Ik vlieg dan wel van Zaventem naar Schiphol waar ik met mijn reismaatje had afgesproken. We landen in Mexico stad en vliegen dan door met Aeromexico naar Cancun. Dan trekken we over land naar Panama van waar mijn reismaatje met KLM terugvliegt naar Nederland. Ik vlieg dan door met Avianca naar Bogota waar ik na twee weken terugvlieg naar Parijs. Dan volgt nog de Thalys naar Brussel op 23 december. Voor mijn hele vliegplan betaal ik 1.243 € wat geen slechte prijs is. Heb alles besteld bij Connections in Brugge.
REISVERSLAG
Dag 7 – vrijdag 15/10/2010
Actie
Met een bus rijden wij in Zuid Mexico naar Cuidad Cuautemoc bij de grens van Guatemala voor 84 MEP pp. via Comitan de Dominguez. De weg loopt over heuvels. Bij Paso Hondo stappen wij af en nemen een collectivo naar de grens van waar wij nog een kort ritje met een tuktuk langs de hobbelige weg naar het immigratiekantoor van Guatemala afleggen. Mexico staat bijna op ons prijsniveau en is erg netjes en goed georganiseerd. Maar wat wij hier zien aan de grens is een gans anders verhaal: overal ligt rommel op straat, putten en gaten in de wegen enz. In Mexico weinig gewapende politie of bewakingsdiensten voor de winkels of banken, in Guatemala echt heel veel wat direct een onveilig gevoel geeft. Maar het zal wel meevallen. De grensovergang verloopt vlot en is gratis. Stempel in onze reispas en “bienvenido en Guatemala”.
Ik pin aan een automaat bij de grens en na afrekening blijkt dat ik ongeveer 11 quetzales (GTQ) krijg voor één euro.
We nemen de overbevolkte bus naar Huehuetenango, de eerste stad van betekenis in Guatemala. Ik was nog niet bekend met de waarde van de GTQ en geef 300 aan de ontvanger. Hij zegt mij dat hij mij later zal teruggeven. Ik vraag na aan de medereizigers die mij vertellen dat het 20 GTQ pp is. Ik moet wel driemaal sterk aandringen om mijn wisselgeld te krijgen want ik had veel te veel gegeven. Gelukkig is de man naast mij getuige en dat geeft de doorslag anders kreeg ik waarschijnlijk niets terug.
Rond de middag komen we aan in Huehuetenango en nemen een eenvoudig middagmaal, twee fruitsappen inbegrepen voor 60 GTQ in Cafeteria Las Palmeras. ‘s Avonds eten wij hier terug en betalen voor een elk een hoofdgerecht en biertje 70 GTQ samen. Dus dat prijsniveau valt best mee in vergelijking met Mexico.
Aan alle banken staan tot de tanden bewapende veiligheidsmensen en ook aan de meeste winkels. Er lopen bovendien veel politiemensen en militairen op straat die echter na zes uur ’s avonds verdwenen zijn waarna de straten leeg lopen en na negen uur is er geen kat meer te zien in de straten. Het is dan ook niet aangewezen om zich daarna nog op straat te wagen.
Overnachten in Huehuetenango
Hotel Gobernador, 4a. Av. 1-45, Zona 1 in Huehuetenango, tel. 7764-1197
Ze vragen 120 GTQ voor een kamer met badkamer. Er is een kleine binnenkoer. Niets bijzonders.
Dag 8 – zaterdag 16/10/2010
Actie
Wij zijn vroeg opgestaan en zijn gaan ontbijten in Las Palmeras. Daarna rijden we in een overvolle bus, vier op een rij, met een collectivo naar (Santa Cruz de) Quiché want er is een kleurrijke markt hier op zaterdag. Ik mag naast de chauffeur zitten en praat met hem volop in het Spaans. In de bakkerij San Miguel nemen we een koffie en een empanada en we mogen onze bagage in bewaring geven terwijl wij de markt bezoeken. Wij hebben veel prachtige foto’s van indianen in hun typische kledij mogen nemen. De markten in Guatemala zijn heel kleurrijk en geanimeerd. De mensen zijn het gewoon gefotografeerd te worden en nemen er geen aanstoot aan. Na het marktbezoek bestellen wij in bakkerij San Miguel een koffie en een lekker chocoladetaartje. We nemen onze bagage mee en met een collectivo gaat het nu naar Chichicastenango door een lieflijk berglandschap. Na het inchecken in het hotel ga ik nog vlug de kerk en de markt verkennen waar de verkopers zich reeds aan het installeren zijn voor het marktgebeuren morgen. Ze zijn dus al verzekerd van een goed plaatsje en de hele familie slaapt onder een plastiek onder hun kraam.
Overnachten in Chichicastenango
In Chichi zoals men hier Chichicastenango bedoelt gaan we de posada El Arco (4a Calle 4-36, Zona 1) binnen en vragen prijs: 244 GTQ voor een heel grote kamer, gezellig, netjes, patio met veel bloemen, alles op zonne-energie en de eigenaar spreek Engels. Maar het is ons te duur. Ook Los Cofrades (loscofrades@gmail.com ) vinden we wat te duur: mooi zicht op straatgebeuren van op terras.
Tenslotte belanden wij in Hotel y Restaurante Giron, Calle 6 4-52, Zona 1, tel. 7756 1156 hotelgiron@gmail.com : propere kamer, badkamer , wifi en ontbijt inbegrepen voor 145 GTQ voor een dubbelkamer.
Dag 9 – zondag 17/10/2010
Actie
Chichicastenango
Deze morgen vroeg opgestaan en na het ontbijt naar de markt gegaan op tweehonderd meter van ons hotelletje. Al heel vroeg deze morgen hoorde ik lawaai in de straten en knallen losse flodders. Het waren de talrijke marktkramers die zich kwamen installeren in de nauwe straatjes en op pleintjes. Vandaag is het ons dagje om waarschijnlijk de mooiste markt van Centraal-Amerika te bezoeken. Het wemelt er van de indianen die in hun beste kledij de straatjes en steegjes bevolken. Zowel mannen als vrouwen dragen heel kleurrijke traditionele klederen; de vrouwen wijde rokken en de mannen witte broeken met een rode band als riem en een openstaand hemd. We nemen echt heel veel foto’s en we worden dat niet geweigerd want ze zijn het gewoon. Werkelijk alles is hier te koop: textiel, souvenirs, tropisch fruit en groenten, reuzenzakken van wel honderd kg granen en maïs, levende kippen. Op de trappen van de kerk zitten bloemenverkoopsters die erg veel worden gefotografeerd; het levert heel mooie plaatjes op. Voor de ingang van de kerk, boven de bloemenverkoopsters staan kaarsen te branden zodat de witte kerk en de kerkdeur er zwartgeblakerd bij ligt door de rook en er wordt ook met wierook gezwaaid. Binnen in de kerk speelt zich hetzelfde tafereel af maar er mag daar niet gefotografeerd worden. Er staan geen stoelen of altaar en iedereen zit in bosjes op de grond talrijke kaarsen te branden. De markt is tamelijk groot en is een must voor iedere reiziger in Guatemala. Het loont echt de moeite. Er staan enkele juweeltjes van hotels in Chichi zoals Mayan Inn www.mayaninn.com.gt met een rijk bebloemde binnentuin, veel vogels en een muzikant. Het is een duurdere verblijfplaats voor luxe toeristen. Overal stonden verkopers, meestal met kleurrijke stoffen, tafelkleden, bedspreien, sjaaltjes en allerhande kledij. Er waren ook verkopers van groenten en fruit waarmee ze van heinde en ver uit de omliggende bergdorpjes naar hier afzakken. Het is hier beslist een van de grootste en kleurrijkste markten van Latijns Amerika. En overal zie je duizenden indianen in hun typische streekkledij, ze kruisen je weg met zware vrachten op hun rug en wriemelen zich door de nauwe doorgangen en de massa’s mensen. Voortdurend werd ik aangeklampt om te kopen. Er liepen vandaag nog wel wat toeristen rond. Voor de kerk van Santo Tomas werd met wierook gezwaaid en zaten indianen bloemen te verkopen op de trappen. En was er mis op zondag, heel mooi om die indiaanse heiligenbeelden te zien, de mensen in al die mooie kleurige kledij en de gezangen die echt heel mooi klonken. Ik heb heel veel mooie foto’s genomen en kon er niet genoeg van krijgen. Met de verkopers moet flink worden afgedongen. Tegen de middag heb ik iets gegeten in een grote gezellige hal aan een lange tafel tussen de indianen. Goedkoop en toch lekker. Het was een mooie reisdag.
Naar Panajachel
Tegen één uur moesten we uitchecken uit het hotelletje. Met een gemeenschappelijk busje eerst naar Encuentros gereden, dan overstappen en naar Solala en nog eens overstappen naar Panajachel, valies op en af het dak van de kleurrijke chicken bussen. En reizen met en tussen de vriendelijke indianen. Toen wij aankwamen in Panajachel regende het en reden wij met een tuktuk, die hier alom rijden, naar ons hotelletje. Nadien rondgekeken in de straatjes en tweemaal geprobeerd om bij een betaalautomaat met Visa geld af te halen. Kaart geblokkeerd. Dan voor 80 quetzales een boottocht op het meer geboekt voor morgen, vertrek om 8.30 en terug om 16 uur van het schilderachtig meer met in de achtergrond maar liefst drie vulkanen en veel groen en pittoreske dorpjes, dus dat belooft. Ook reeds vervoer geregeld om daarna naar Antigua te rijden, drie uren in busje. Daarna op een terrasje gezeten en een Gallo gedronken, Guatemalteeks biertje. Hier lopen nogal wat toeristen rond en er is een goed aanbod van restaurantjes. Straks eten we vis uit het meer met een pikant sausje. We lieten onze bagage in het hotel tot 13 uur en daarna rijden wij met een tuktuk naar de busterminal waar het zeer druk is en men moet drummen om een plaatsje op de bus te bekomen. Mijn reismaatje vraagt aan de bushalte een plaats naar een verkeerde bestemming. Eerst nemen we een busje naar Encuentros, dan naar Solala en vervolgens naar Panajachel.
Overnachten in Panajachel
Hotel Garcia, Calle 14 de Febrero 2-22 tel. 7762 2187 email: hotelgarcia.pana@hotmail.com www.hotelgarcia.webcindario.com
We betalen 150 GTQ voor een nette kamer met badkamer maar zonder ontbijt. We hebben geen zicht op het meer zoals vermeld staat in Rough Guide. Na het avondmaal gaan we internetten wat nergens een probleem is in Centraal-Amerika. Na acht uur zijn de straten leeg en dient men gegeten te hebben want de restaurantjes doen het dan ook niet meer. Er is geen uitgaansleven.
Dag 10 – maandag 18/10/2010
Actie
We hadden gisterenavond een wandeling gemaakt aan de boorden van het meer van Atitlan maar het was mistig wat een mystieke uitstraling teweeg bracht. Tussen de bomen lagen beneden enkele bootjes te wachten op toeristen. We werden benaderd door ene Fernando die ons trachtte te ronselen voor een boottocht op het meer. Hij vroeg 80 GTQ pp en hij vroeg een voorschot van 40 GTQ voor een dagtocht op het meer. Hij zou ons afhalen aan ons hotel om 8.20 uur maar om half negen was hij er nog niet zodat wij dachten dat wij onze centen kwijt waren. Maar plots kwam hij wel opdagen. Aan de boot moesten wij van zijn “baas” 100 GTQ pp betalen. Er hing een ochtendmist over het meer en de toppen van de drie vulkanen waren in een mistsluier gehuld en wilden de spanning erin houden om hun geheimen prijs te geven. Over het meer hangt een mystieke mist waardoor we de drie vulkanen niet kunnen zien. Na een tijdje op het schitterend meer trok de mist op en konden wij de groene oevers en het gebergte op de achtergrond bewonderen; her en der liggen er stille dorpjes op ons te wachten. We zouden driemaal aanleggen en de eerste stop was in San Marcos. Dit is volgens mij het mooiste, meest typisch en rustigste dorp aan de oevers van het Atitlan meer. De andere plaatsen zijn veel meer toeristisch. In San Marcos liggen enkele gemoedelijke hotelletjes verscholen tussen het groen; het is een ideale plaats om enkele dagen uit te rusten, te wandelen aan de oevers van het meer en te bekomen. Wij waren zo ingenomen door al dat moois dat we onze boot met twintig minuten hadden gemist en hij was al vertrokken naar San Pedro, de volgende stopplaats. Gelukkig is er op het meer een soort publieke dienst per boot en konden we naar onze volgende bestemming varen en de groep inhalen. We betaalden 15 GTQ voor het traject naar San Pedro. Met een tuktuk rijden wij over kinderkopjes naar het centrale marktplein waar niet zoveel te zien was. In het kerkje zit Christus op een ezel. In een restaurantje ontmoet ik Sara Atravado, saharaspringer@aol.com www.comitatoluna.org die mij vroeg of ik interesse had in ontwikkelingshulp maar ik moet verder. De hele groep klautert terug in de boot en in San Francisco gaan we voor de derde keer aan land. De plaats is groter dan de andere, er is meer verkeer en ettelijke souevenirwinkeltjes en restaurantjes. We zijn in gezelschap van Alberto, een 83-jarige kranige toerist uit New York. Hij reist op zijn eentje de wereld rond. Dan wandelen we tussen bananenbomen en koffiestruiken weg van de toeristen langs de oevers van het meer waar het heerlijk vertoeven is, waar de lokale mensen in alle rust in een idyllische omgeving wonen. Wij nemen enkele heel mooie foto’s van het meer. Daarna gaat de boot terug terwijl wij nog wat willen blijven. De boot vertrok om 10.30 uur i.p.v. om 9.00 uur en de trip eindigde om 14.30 uur i.p.v. 15.30 uur zodat wij een beetje misnoegd waren. Ik denk dat je een boottocht van een dag best zelf kunt organiseren en de openbare boot kunt nemen of de bus van Panajachel naar San Marcos en verdere bestemmingen en het zal best veel goedkoper uitkomen en zonder druk van de booteigenaar. We deden de trip met General Travel Guatemala. Na de boottocht dronken we iets en genoten van een guacamole op een mooi terras met zicht op het meer: Sunset Café op de hoek van het meer en Calle Principal in Panajachel.
Voor 43 GTQ nemen we een klein busje van www.plustravelguate.com naar Antigua en we werden met acht personen er in gestouwd. De rit zou drie uren duren maar onderweg in het donker kregen we een klapband en de chauffeur had er geen zin in om die te vervangen en had trouwens geen materiaal. Iedereen hielp hem een handje zodat het euvel na een uur was verholpen. Maar eenmaal in Antigua wou hij ons niet bij ons hotel afzetten alhoewel hij dat best kon doen als compensatie voor onze vrijwillige hulp. Sommige medepassagiers werden behoorlijk boos maar het hielp niet. Deze agent is onvriendelijk en geeft geen service: afrader !!!
Overnachten in Antigua
Door de lekke band komen we aan in het donker en moeten nog een hotelletje zoeken. De meeste hotelletjes zijn al vol maar in de Black Cat Bar weten ze raad: de barman loopt in zijn blote voeten met ons mee naar de nabije Black Cat Inn waar er nog plaats is in de slaapzaal voor 550 GTQ, vriendelijk onthaal en we kunnen er iets eten en drinken. Adres: Black Cat Inn, tel. 7832 0374 blackcatinantigua@gmail.com Calle 5 Poniente # 11A Ik betaal 55 GTQ voor een nacht in de slaapzaal.
Andere hotels : Hotel Calle 6, 6A Poniente # 19 kost slechts 35 GTQ maar ze waren dicht.
Hotel Aventura was duur. Er zijn heel veel hotelletjes in Antigua maar de meeste zijn duur, zowat 60-70 $.
Dag 11 –dinsdag 19/10/2010
Actie
Banken bij de vleet in het toeristisch Antigua en ik kan vlot geld pinnen. In de voormiddag verken ik de stad die opvalt door zijn rechthoekige stratenpatroon van calles en avenidas. Overal staan oude koloniale lage huizen met smeedwerk aan de straatkant en ingangspoorten die uitnodigen om een kijkje te nemen op de prachtig bebloemde binnentuinen. Veel winkeltjes verkopen jade en zilverwerk en het ontbreekt hier aan niets. Antigua is een Werelderfgoed plaats en werd in 1543 gesticht door de Spanjaarden. Bij het toeristenkantoor INGUAT kon ik gratis een stadsplan krijgen en een Revue. De gele kerk met reuzenpaternoster op de Plaza Escobar trekt mijn aandacht alsook de kathedraal. De hoge poort met arcaden van het Palacio de Capitanes wordt druk gefotografeerd. Op het Gemeentehuisplein (Plaza de Ayantamiento) bezoek ik het Museo de Santiago die koloniale voorwerpen tentoonstelt. De stad is compact en is vlug bekeken. Onder de zuilengalerij bij het Parque Central kijk ik uit bij de verschillende reiskantoren om de nabijgelegen Pacaya vulkaan te beklimmen in groep. Ik betaal 60 GTQ voor een namiddagtocht en beklimming van de vulkaan. Om 14.30 uur vertrek ik met een busje van uit het Park en iedereen wordt opgehaald aan zijn/haar hotelletje en ik zit dus een half uur over de kasseien te hobbelen om dan nog eens anderhalf uur naar het landelijke San Francisco de Pacaya te rijden door een lieflijk landschap. Aan de startplaats huur ik een wandelstok aan één van de horde straatkinderen want het gaat steil hogerop op een soms glibberig smal bergpad. Men kan er ook een paard huren maar de meesten wandelen. Het is mistig en bewolkt en het is lastig wandelen in de vulkaanas. Het is lastig maar best te doen mits wat fysiek. Er gaan militairen mee om ons te beschermen want in het verleden werden hier soms wel toeristen overvallen. Eenmaal op de top kunnen we de wijde omgeving bewonderen. Er liggen een paar holen van waar wij de lava zien gloeien. Een paar mensen braden worstjes of marshmallows op het vuur. De afgrond naar de krater lonkt vervaarlijk en de soldaten houden onze bewegingen nauwlettend in het oog. Bovendien waait het hier hard op de top. Het wordt stilaan donker en we wandelen vlug naar beneden waar ik in ijltempo nog een Gallo (biertje) kan drinken. Ik heb nog lekker gegeten in een Portugees restaurant. Moe maar voldaan kruip ik in mijn bed.
In Antigua zijn heel veel mogelijkheden om uitstappen of reizen te boeken, ver weg of daguitstappen. Enkele websites:
www.pillmantur.com Luxe bussen waarmee men kan reizen naar El Salvador of Honduras.
www.zonasturisticasguatemala.com : veel excursies in Guatemala
tierratravel@hotmail.com : busreizen in Guatemala en Mexico
chisubin@gmail.com : reizen in Centraal-Amerika en veel uitstappen in Guatemala.
www.irc-travel.com : vervoer en hotels en tickets
www.sunrisetravelantigua.com : trips op het meer en in Guatemala, vriendelijk maar beetje duur.
rutamaya@yahoo.com biedt trips aan naar het meer, Copan, Pacaya en Semuc Champey.
www.plustravelguate.com is een vervoermaatschappij die met busjes alle richtingen aandoet vanuit Antigua voor matige prijzen en ook shuttle busjes van de luchthaven aan 5 $ !
Dag 12 – woensdag 20/10/2010
Actie
Heel vroeg , om vier uur, opgestaan en met een taxi naar Guatemala stad gereden, In de hoofdstad liepen wat louche figuren rond de busterminal en mijn reismaatje was daar niet gerust in. Op een afgesloten binnenkoer waar nog meer bussen stonden konden wij al vlug overstappen naar Coban waar wij rond 14 uur aankwamen. Dan wilden wij nog naar Semuc Champey, watervallen die trapsgewijs in een rivier in de jungle overstromen. De watervallen waren niet heel spectaculair maar de omgeving was dat wel. Op een barslechte weg, eerst naar Lanquin zat ik wel naast twintig indianen gepropt, uren lang met een chauffeur die reed als een gek. Maar het mooie berglandschap vergoedde veel. In dit dorp, hadden ze ons wijsgemaakt, konden we verder met de bus naar de watervallen, maar dat was niet waar. Dan stonden we daar ergens in een klein dorpje ergens ver weg in de bergen. Een man met een pick-up bood ons aan om ons toch naar de watervallen te voeren voor een woekerprijs van 200 Q. = 16 €. Omdat we nu al zoveel moeite hadden gedaan om hier te geraken wilden wij toch doorgaan. We moesten rechtop staan in de laadbak van een pick-up wat ons toeliet om veel van het mooie groene berglandschap te zien en af en toe een glimp op te vangen van de armzalige hutjes onderweg. Wanneer we dan terug waren in het hotelletje was het al donker en konden we met moeite nog eten vinden in een comedor waar de lokale bevolking ook eet: lekker en goedkoop. Aangezien ik ook nog met een zware verkoudheid zit was ik extra moe en viel dadelijk in slaap, Het hotelletje was goedkoop en stelde niet veel voor maar ik sliep als een roos.
Vandaag moeten we heel vroeg opstaan want om vier uur vertrekt een luxe minibus voor twee personen naar Guatemala-stad waar wij een uur moeten wachten en overstappen op een versleten Pullman bus naar Coban, 258 km, waar wij om 11 uur aankomen. Het is hier in de buurt van dit busstation in Guatemala stad niet pluis, er lopen louche figuren rond. Gelukkig staan wij op een gesloten en bewaakte binnenkoer met hoge metalen poort ervoor. Wij willen naar het nationaal park Laguna Lachua met de Semuc Champey watervalletjes en dat ligt ver weg van de grote banen. In Coban nemen wij een collectief busje door het prachtig berglandschap naar Lanquin maar er is geen verder vervoer naar Semuc Champey behalve een dure luxe 4X4 die de rit van 10 km h+t wil afleggen voor 100 GTQ pp wat we diefstal vinden. Akkoord, de weg erheen is erg slecht en steil en zit vol met reusachtige gaten. Ingang kost 50 GTQ. Semuc Champey is een reeks achtereenvolgende cascade lage watervalletjes, niet spectaculair maar heel mooi, rustig en romantisch gelegen midden een bos. We nemen er heel wat mooie foto’s en wandelen dan terug over trappen en vlonders naar de parking. Maar de terugweg zou met een open truck gebeuren want de vette chauffeur met zijn 4X4 heeft reeds zijn geld opgestreken. Voortdurend worden toeristen bedonderd hoe goed je ook oplet en dat haat ik, uitbuiting van vreemdelingen van die “arme mensen”. Helaas lopen er teveel toeristen rond en te weinig echte reizigers. De pick-up reed nogal vlug door de putten en we moesten ons goed vasthouden want om 14.30 uur was de laatste bus terug uit Lanquin naar Coban, doch het ding viel in panne op 7 km van Coban en de chauffeur kon het niet direct herstellen en we werden aan ons lot overgelaten. Gelukkig gingen vriendelijke medereizigers met ons mee zodat we toch nog, hetzij in het duister aankwamen in Coban. Vlug iets gegeten in gewone comedor waar de lokale bevolking ook eet.
Overnachten in Coban
Toen we deze middag aankwamen in Coban hebben we meteen ingecheckt teneinde van onze bagage verlost te zijn. Het was in Hotel Mus Mus Hab, 4a Calle y Avenida 3-29, Zona 4. Ze waren wel vriendelijk maar de badkamer was gemeenschappelijk met koud water, geen ontbijt, beetje lawaai op straat maar dicht bij de busterminal. Zeker geen aanrader maar wel goedkoop voor 50 GTQ per kamer.
Dag 13 – donderdag 21/10/2010
Actie
Deze morgen in dezelfde comedor ons morgenmaal genomen en dan met een taxi naar een groezelig en modderig busstation. Eerst reden wij drie uren naar een kruispunt waar een weg oostwaarts gaat en onze weg noordwaarts. Inmiddels zakken we steeds dieper af van het centrale bergland naar de broeierige vlakte van Peten. Vervolgens zitten wij twee uren in een ander busje, gelukkig vooraan waar wat meer beenruimte is. Dat wordt ons vlot toegestaan; de mensen zijn hier vriendelijk. Plots staan wij voor een rivier waar wij met een bootje worden overgezet. Aan de overkant worden wij door een ander busje overgenomen en gaat het vlot over lange rechte en goed geasfalteerde wegen door de provincie Peten. Aan de grens van dat gebied worden wij gecontroleerd op vervoer van dierlijke en plantaardige producten vanwege het ministerie van Gezondheid. Natuurlijk staan er een paar gewapende soldaten bij. Wij hebben heel veel gewapende militairen gezien, op straat, voor de winkels, bij bankautomaten, langs de wegen; je geraakt er aan gewoon en ze doen niets aan toeristen. Aangekomen in Santa Elena nemen wij met al onze bagage een tuktuk die ons afzet aan een hotelletje met zicht op een meer. Het stadje Flores ligt op een eiland in een meer. Nog een mooie avondwandeling gemaakt en op een terrasje gezeten. Hier logeren nogal wat toeristen die naar of van Tikal komen, een bekend Maya complex op een uur bussen van hier. Morgen gaan wij dat bezoeken en daarna rijden wij door naar Belize, naar Caye Caulker, een droomeiland voor duikers.
Vandaag zal het een lange reisdag worden. We vertrekken al om 8.30 uur uit Coban. Ons einddoel is Flores waar wij om 15 uur zullen aankomen. Van uit Coban nemen wij een busje naar Cruce, een kruispunt. Van daar een busje naar Sayaché waar wij op een klein bootje een rivier moeten oversteken. Wachten op het bootje en nadien op de verbindingsbus maar wel een paar sfeerfoto’s genomen van de lokale bevolking aan de rivier. Het landschap is landelijk, weinig bewoond en nogal vlak en wordt steeds meer tropisch. Van Sayaché nemen wij een busje naar Santa Elena en over de brug ligt op een eiland in het meer de stad Flores. De hele rit kost ons 150 GTQ. Flores is een gezellig plaatsje en nodigt uit om op de dijk erom heen te wandelen. Er zijn veel winkeltjes en restaurantjes maar weinig klanten. In Mayan Sunset nemen wij ons avondmaal, het is niets bijzonders: gratis soepje, pina colada is milkshake zonder rum en bovendien wordt het uitzicht belemmerd door de overbuur die te hoog bouwt. Nadien zou blijken dat er betere mogelijkheden zouden zijn. Het dorp nodigt uit om het even te verkennen. In het centrum kan ik pinnen met Visa aan een cajero, bankautomaat. Morgen gaan wij Tikal bezoeken en dat is maar 65 km verderop.
Overnachten in Flores
In Hospedaje Doña Goya, tel. 7867 5513 hospedajedonagoya@yahoo.com krijgen wij voor 140 GTQ een dubbelkamer, # 6, met bad en zicht op het meer, geen ontbijt. Het is netjes en in orde.
Dag 14 – vrijdag 22/10/2010
Actie
Voor 40 GTQ pp krijgen wij een heerlijk ontbijt op een terras aan de waterkant met zicht op een eilandje in het meer. Er gaat een bootje naar dat eilandje die een museum heeft. Met een leuke beschilderde tuktuk rijden wij over de brug naar Santa Elena. Met een comfortabel busje hobbelen we door een moerassig dunbevolkt gebied met enkele veeboerderijtjes en veel waterplassen richting Tikal. Het is niet broeierig vandaag, een aangename dag. De rit duurt anderhalf uur en om 10.30 uur komen we aan bij de ingang van Tikal, werelderfgoed, ingang 150 GTQ. Onze chauffeur zal wachten tot 13 uur, dus ruim tijd om de wonderbaarlijke site te bezoeken. Voor de rit uit Santa Elena en wachten betalen wij 100 GTQ samen. Bovendien kunnen we onze bagage in het busje laten nadat we zijn adreskaartje hebben en zijn nummerplaat hebben genoteerd. Tikal is zeker de moeite waard en we wandelen langs de paden onder de tropische bomen. Onderweg zien we ook veel dieren want we zitten in een oerwoudzone en ze krijgen eten van de toeristen. Wij zien o.a. toekans en andere vogels en een horde coati waarvan de moedigste mij bespringt en mijn plastiekzak broodjes uit mijn handen rukt. Uiteraard zijn de tempels heel bijzonder, vooral de tempel van de Jaguar spreekt tot mijn verbeelding alsook de Acropolis op de Gran Plaza. Er ligt zelfs een campingzone op de site en een krokodillenpoel. Ik ben blij dat ik het kon bewonderen. Aan de uitgang bezoeken wij het bezoekerscentrum, museum en souvenirwinkel. Aan de uitgang zien wij onze chauffeur terug die ons voor een extraatje naar het kruispunt in Ixlu brengt van waar wij voor 25 GTQ naar de grens van Belize een bus kunnen nemen. Wij zijn maar kort in Belize verbleven want orkaan Richard was op komst en we moesten het land uit.
Overnachten in Belize City
North Front Guesthouse. Heel eenvoudig kamertje voor 30 Belize dollars, gemeenschappelijke badkamer. Vriendelijke uitbater.
Dag 17 – maandag 25/10/2010
Actie
In Punta Gorda, Belize, te voet naar Immigration gestapt voor stempel in reispas. We moeten 37,50 BD betalen, 30 taks en 7.5 voor de nationale parken of ecotaks? Aan de kaai betalen we ieder 60 Belize dollars voor de boottocht met Memo’s Boat Service naar Livingston in Guatemala. De tocht duurt 45 minuten in een vuil stinkend schip, rommelig, veel vracht en onfrisse zitkussens. Als we van de boot stappen staan direct twee touts voor ons die onze bagage overnemen. Ik weiger dat want ik weet in welk hotelletje ik heenga. Het is een eindje lopen.
Overnachten in Livingston
Casa Rosada, tel. (502)7947 0303 van Javier Putul Choc en Sandra Goossens, een Vlaamse.
info@hotelcasarosada.com www.hotelcasarosada.com www.facebook.com/casarosada Casa Rosada herken je aan zijn roze kleur.
Het onthaal is heel vriendelijk en in eigen taal. Er zal straks een groep toeristen komen van Joker. We krijgen een gezellig kamertje, gemeenschappelijke badkamer, mooie eettafels onder rieten afdaken, lange loopsteiger met hangmatten aan het water waar een frisse bries heerlijk aanvoelt. Er varen vissersbootjes op de monding van de Rio Dulce. Er is een restaurant en bar en er worden uitstappen geregeld. Ik bespreek een bootuitstap op de Rio Dulce met de groep van Joker. Ik geniet intens van deze mooie avond en eet een topada, een overheerlijk gevulde vissoep met kokosbroodje en groenten . Ik maak kennis met mijn landgenoten van Joker.
Er is hier ook wifi aanwezig, wasdienst, kanoverhuur. Ik betaal 140 GTQ voor onze kamer.
AANRADER !!!
Dag 18 – dinsdag 26/10/2010
Actie
Deze morgen bij het ontbijt vroeg ik aan de reisleidster Isabelle van Joker wat de groep vandaag zou ondernemen en ze vertelde mij dat ze straks zouden vertrekken voor een boottocht op de Rio Dulce. Ik kon mee indien ik dat wenste. Ze zouden morgen om elf uur naar Copan vertrekken met de boot over zee naar Puerto Barrios, dus niet via de wondermooie Rio Dulce. En aangezien ik die trip zeker niet wou missen was mijn keuze vlug gemaakt. Het is een rustige groep jongeren. Met Edilberto Jor Veliz als schipper vertrokken wij rustig op de Rio Dulce. Hij stopte regelmatig om ons foto’s te laten nemen of om ergens uitleg te geven over vogels of dieren die hij op de oever bemerkte. Na een half uurtje legde hij de motor stil en konden we een half uurtje in de rivier zwemmen in een romantisch prachtig decor van oerwoud met hutjes in de verte en soms een voorbijtrekkende kano of eenzame visser. Dan voeren wij door een grot met lianen tot in het water. Langzaam voeren wij langs een zijrivier en bewonderden de oeverbewoners. We bezochten een Amerikaans ontwikkelingsproject, een gymnasium waar 250 inwonende studenten ecotoerisme studeren. Daarna voeren wij langzaam door een gebied met waterlelies; van aan de oever voeren kleine meisjes in een kinderkano naar onze boot om souvenirtjes te verkopen. We stopten nogmaals aan een warmwaterbron met warme opstoten van zwavel. Terwijl wij in die put zaten peuzelden kleine visjes aan onze voeten om er stukjes af te bijten en ons te zuiveren, het kittelde wel een beetje.
Na aankomst in het hotelletje nog een lekkere dubbele toast met tonijn en fruitsalade gegeten.
Deze avond riviervis besteld; zal zeker weer lekker zijn. Gisteren een romige vissoep (reuzengarnalen, hele vis, krab…) gegeten, echt heel lekker en maar voor drie euro.
Morgen trek ik verder met de groep naar Copan, vertrek om elf uur en late aankomst in Honduras.
Vandaag maak ik een boottochtje, een dagexcursie, met de mensen van Joker. Het duurt een hele tijd vooraleer iedereen startklaar is en ik wordt aanvaard in de groep en gids Isabelle is ook voor mij vriendelijk. Intussen ligt ons bootje al aan de kade van Casa Rosada. We varen door werkelijk prachtig groene oevers over de Rio Dulce. Tussen de palmbomen staat regelmatig een houten en met riet bedekte woning tussen de bananenbomen, koffiestruiken en fruitbomen. De schipper geeft uitleg over de planten en dieren en de oeverbewoners. Hij stopt om ons toe te laten een half uurtje in de rivier te zwemmen, heerlijk in deze overweldigende natuur onder het hoge bladerdak. Wij varen onder een overhangende grot en varen op een prachtige zijrivier met typische hutten op de oever van waar de bewoners ons begroeten. Wij leggen aan bij een US-Aid ecoproject , een gymnasium waar 250 jonge studenten een opleiding in duurzaam toerisme volgen. Ze tonen ons hun ecologische tuin. Verderop legt ons bootje aan bij warme zwavelbronnen waar we mogen van genieten. Aan het verste punt van onze trip, aan een brede poel groeien veel waterlelies en op de oevers staan her en der stemmige houten hutten. Kleine meisjes komen met hun kinderkano op ons af om iets te verkopen. Het is hier werkelijk uniek, hier zou ik wel willen wonen. Het decor is schitterend. Ik heb veel prachtige foto’s genomen van deze mooie uitstap op de Rio Dulce. De terugtocht met schipper Edilberto gaat vlugger. ’s Avonds lekkere vis gegeten in Casa Rosada en in goed gezelschap met de groep. Mijn reismaatje zou een paar dagen in Livingston logeren en we zouden elkaar later terug ontmoeten in Lago Ochoa, Honduras. Zij verbleef in El Hotelito Perdido en was daar tevreden over. www.hotelitoperdido.com
Dag 19 –woensdag 27/10/2010
Actie
Met het groepje van Joker ben ik om elf uur vertrokken met een bootje naar Puerto Barrios , een halfuurtje varen en vervolgens met een busje naar Copan. ’s Middags stoppen we aan een wegrestaurant. Het is bijna donker als we aan de grens Guatemala/Honduras aankomen. We betalen een kleine taks in Guatemala, in Honduras betalen we ook een kleine taks en ik vraag een stempel in mijn reispas voor de fun. Het is steeds handig in die landen om cash kleine USD bankbiljetten op zak te hebben. Het dorp Copan ligt op 10 km van de grens. Het is een typisch dorp in kasseisteen met mooie oude huizen. We stoppen bij het Viavia reiscafé en de groep logeert hier. Er zijn enkele Nederlandse gasten. Er zijn maar zes kamers en ik kan er niet meer bij. Nadat ik ingecheckt ben in mijn hotelletje wandel ik terug naar Viavia en er is salsa dansles deze avond. Ik ben in mijn nopjes dat ik nog eens salsa kan dansen. De sfeer is uitbundig en druk, gezellig.
Overnachten in Copan
Carlos, de eigenaar van een finca, helpt mij een logeeradres te vinden en geeft mij een lift naar Hotel Belssy en ik betaal 300 HNL, Hondurese lempira.
Erik Trenson